Woody Brunings
In deel 1 ging Woody Brunings na een korte historische inleiding in op wat herinnering kan doen in de loop van de jaren, in dit geval met de Indo Rock periode als toeschouwer en outsider of als muzikant en insider. In deel 2 gaat hij dieper in op de jeugd en de invloed van hun idolen. Rock ’n Roll als lifestyle.
Conflicten met de dictatuur van de correctheid
In deze periode van restauratie ontstonden echter ook de eerste conflicten tussen adolescenten en de dictatuur van de correctheid en orde: The Parent Culture. Deze conflicten ontstonden meestal door de voorliefde van de jongeren voor de nieuwe muziekstijl, het daarbij behorende gedrag, haardracht en de kleding. De conflicten werden nog versterkt door de invloed van films als Blackboard Jungle met de Rock-hymne Rock around the Clock. De nieuwe jeugdidolen waren Bill Haley, James Dean, Marlon Brando en Elvis. Vóór die tijd was het heel gewoon dat kinderen en ouders naar dezelfde muziek en radioprogramma’s luisterden, zoals de Bonte Dinsdagavondtrein, Paul Vlaanderen of Monus het mannetje op de Maan. De jongeren kregen nu eindelijk hun lang ontbeerde eigen muziek en hun eigen idolen. De nieuwe impulsen die de jeugdculturen beïnvloedden kwamen hoofdzakelijk uit Amerika, toen nog het beloofde land. De Rock ’n Roll had- net als alle nieuwe stromingen- een avant-gardistisch- progressief karakter en fungeerde als antithese op de naoorlogse maatschappelijke omstandigheden.
De muziek stuitte, zoals bij alle nieuwe stromingen het geval is, in brede lagen van de overwegend conservatieve bevolking op veel weerstand.”Het druiste tegen alle muzikale wetten in”, en ”Het was allemaal al eerder bedacht”. Later, toen naast de foxtrot op de dansscholen ook de Rock ’n Roll maatschappelijk geaccepteerd werd, hadden diezelfde critici de Rock ineens “altijd al goede muziek gevonden”. Op de dansscholen probeerde men de wilde, natuurlijke dans te cultiveren naar maatstaven van de gangbare dansstijlen. Dat zelfde gebeurde later ook met de Rock ’n Roll-muziek op de muziekscholen. Duitsers typeren dit gedrag met een treffend woord: Wendehälse.
Vetkuifen, Halbstarken Nozems en Rellen
De nieuwe wilde muziekstijl werkte als een katalysator. Ze versterkte slechts datgene wat al lang in het binnenste van de Halbstarken (in Nederland: nozems) sluimerde: verzet tegen de, in hun ogen, bekrompen Parentculture. De Rock ’n Roll wees de jeugd op rebelse manier de weg naar de bevrijding uit een gezagsgetrouwe maatschappij van tucht en ascese. Het versterkte in feite het natuurlijke afzettingsproces van de adolescent. In de jaren 1956 -1958 veroorzaakten Halbstarken, meestal na het zien van rebelse Amerikaanse films, enorme ongeregeldheden in verschillende grote Duitse steden. Toen in de herfst van 1958 Bill Haley and The Comets een tournee door Duitsland maakten, vernielden fans in Berlijn, Hamburg, Essen en Stuttgart, tijdens en na de optredens het meubilair van de concertzalen. Dit kwam mede door de wilde show die The Comets op de Bühne maakten. Dit was men niet gewend van de big band van Kurt Edelhagen. Bill Haley was overigens de eerste rockmusicus die een bezoek aan Duitsland bracht. Er vonden echter al in 1955 enorme ongeregeldheden plaats tijdens de Duitsland tournee van ”Sachmo”. Zelfs tijdens een optreden van huilebalk Johnny Ray in datzelfde jaar in Berlijn, vlogen de stoelen door de lucht.In de Duitse pers werd Haley voor Musikgangster uitgemaakt. Als uitgangspunt voor de ongeregeldheden dienden meestal treinstations en de Bahnhofsstrassen, straten die in de omgeving van een centraal station lagen. Misschien dat daarom tegen het einde van de 50er jaren de meeste Rockclubs in deze omgeving stonden. Goethe Strasse in München, Bahnhofstrasse in Düsseldorf en de Kaiserstrasse in Frankfurt, om er maar een paar te noemen. In Den Haag zag ik voor het eerst de film Black Board Jungle. Ik kan nog heel goed de roes waar ik in geraakte terughalen, toen ik na de voorstelling de bioscoop uitliep: Een recalcitrant gevoel nam bezit van mij. Vanaf nu kon de leraar de ”boom in’’ met zijn achterhaalde wijsheden. Op school veranderde ik van een voorbeeldige scholier uit de verre kolonies in een pesterig opstandig ventje. Iedereen boven de dertig jaar veranderde in mijn optie ineens in een ouwe lul of trut… en was dus verdacht. Het was de tijd van de vetkuif, strakke spijkerbroek, leren jack of piloten jas met opschrift op de achterkant… en… vooral gevaarlijk kijken!Toch was de Nederlandse jeugd, tenminste in mijn beleving als timewitness, minder radicaal dan haar Duitse leeftijdgenoten. Maar er kwam in Nederland een extra dimensie bij: de straatgevechten tussen Belanda nozems vs. Indojeugd. Er werden nog geen gebouwen en auto’s in brand gestoken.Tegen dit decor van opstandigheid, geweld, Halbstarkencultuur en de daar aan gekoppelde ongeregeldheden heeft de Indische subcultuur in wisselwerking met haar muziek zich ontwikkeld en later vooral de Bondsrepubliek kort veroverd. De rebelse Rock ‘n Roll is in feite geadopteerd door de jeugdsubcultuur uit die tijd. Ze diende als soundtrack voor de straatgevechten van de Halbstarken en Nozems. Rock ‘n Roll werd door zwartkijkers geassocieerd met geweld.
Informatie op het internet
Sarah Bartz: Jugendkulturen in Deutschland und den Niederlanden in den Epochen des 20. Jahrhundert